Wijzigingen regelgeving 2025

Ook in 2025 zijn er weer veranderingen rondom het mestbeleid. De afbouw van derogatie gaat verder en geeft in de NV-gebieden ruimte voor het plaatsen van 190 kilogram stikstof uit dierlijke mest. Buiten de NV-gebieden kan 200 kilogram stikstof uit dierlijke mest geplaatst worden. Aanvragen van de derogatie kan van 3 tot 28 februari op www.mijn.rvo.nl.

Een belangrijke wijziging is de verlaging van de totale stikstofruimte van 20% in de NV-gebieden. Let er op dat de kunstmestruimte kleiner is en er dus minder stikstofkunstmest gestrooid mag worden.

Een verlichting in de mestberekening is het aanpassen van de excretienormen van melkvee in de forfaitaire berekening. De mestproductie van melkvee gaat daarbij met grofweg 1-2 kuub per koe omlaag. Voor bedrijven die gebruik maken van de BEX is dit voordeel vooralsnog niet doorgevoerd.

Bij de teelt van snijmais is het goed om rekening te houden met het telen van een rustgewas of ook gewasrotatie. Op zand- en lössgrond is het verplicht eens in de 4 jaar een rustgewas te telen, uiterlijk in 2026 moet dit uiterlijk gebeuren. Daarnaast is het voor klei en veengronden in sommige situaties verplicht om gewassen te roteren.

Voor meer informatie daarover kijk op https://www.rvo.nl/onderwerpen/glb-2025/conditionaliteiten-glb-2025/gewassen-op-bouwland-roteren-glmc-7-2025. Blijvend grasland op veengrond mag vanaf 2025 niet meer gescheurd worden voor een gewas anders dan gras. Tijdelijk grasland mag nog wel gescheurd worden, hou hier rekening mee met het opstellen van het teeltplan.

De strengere gebruiksnormen maken het beter benutten van stikstof uiterst actueel. Het is goed om te weten dat bezuinigen op stikstof grote gevolgen heeft voor de grasopbrengst en de kwaliteit van het gras. Voor vragen over nutrificatieremmers en of kunstmest soorten die wij leveren kunt u terecht bij uw melkvee adviseur of onze binnendienst.

 

Verbeter de uiergezondheid met de Fuite Melkveeplan aanpak

Zou het tankcelgetal of het aantal koeien met uierontsteking wel wat lager mogen? Lukt dat niet of is onduidelijk welke actie het beste kan worden ondernomen? Wij hebben een eigen aanpak ontwikkeld om melkveehouders ook op het gebied van uiergezondheid vooruit te helpen.

 

Het belang van een goede uiergezondheid

Mastitis behoort tot de top drie meest voorkomende redenen van afvoer. Wanneer de melkverliezen worden meegerekend, kunnen uiergezondheidsproblemen flink in de papieren lopen. Bovendien bestaan er grote verschillen tussen bedrijven.

 

Welke maatregelen zijn effectief?

Tal van factoren beïnvloeden de uiergezondheid. Denk hierbij aan de impact van de melkmachine en melktechniek. Maar ook de ligboxen, het stalklimaat en het rantsoen zijn van invloed op de uiergezondheid. Dat kan het lastig maken om de juiste maatregelen te kiezen. Meerdere bedrijven hebben we inmiddels weten te begeleiden naar een lager tankcelgetal of minder koeien met mastitis. Ook u helpen we daar graag bij.

Tevreden melkveehouder: “afgelopen najaar liep het tankcelgetal ineens hard op richting de 500.000 cellen en lukte het niet om de stijging onder controle konden krijgen. Onze melkveevertegenwoordiger stelde voor om de dierenarts van Fuite in te schakelen. Met de hulp van Charlotte kregen we weer grip op de situatie. Het celgetal zakte snel terug naar het oude niveau en ook het aantal nieuwe infecties op de mpr is weer mooi laag”.

Hoe gaat dat in zijn werk?

Uiergezondheid in één keer succesvol aanpakken, kan pas als de oorzaak duidelijk is. Een uitgebreide vragenlijst en een bedrijfsanalyse door onze dierenarts Charlotte vormen dan ook de basis voor onze aanpak. Omdat elk bedrijf anders is, maakt ze in overleg met u een. bedrijfsspecifiek plan van aanpak. Doeltreffende maatregelen, die tegelijkertijd rekening houden met de praktische uitvoerbaarheid. Door tijdig te evalueren wordt de vooruitgang gezamenlijk gewaarborgd.

 

Extra aandacht voor jongvee wordt ruimschoots beloond

Melkveehouder Herman Kusters uit het Noord-Brabantse Oploo haalt graag het maximale uit zijn veestapel. De basis daarvoor legt hij al bij de jonge kalveren. Extra aandacht voor voeding, hygiëne en gezondheid wordt op latere leeftijd ruimschoots beloond in de vorm van beter presterende vaarzen en melkkoeien. Op dit moment kijkt hij wat het effect van licht is op de prestaties van het jongvee. Adviseur kalveropfok Toine van Loon van Gebrs. Fuite is voor de melkveehouder een belangrijk klankbord.

Herman Kusters heeft zo’n 125 melkkoeien en ongeveer zeventig stuks jongvee. Het bedrijf heeft 55 hectare grond, waarvan 25 hectare grasland is en 23 hectare mais. De overige zes hectare verhuurt Kusters aan een akkerbouwer, bij wie hij tegelijkertijd ook mest kwijt kan. Afgelopen jaar stonden er zaaiuien op de verhuurde grond. “Zo kon ik er na de oogst gras inzaaien, dat ik deze winter mag meetellen als rustgewas”, legt Kusters uit.

 

Van 10.000 naar 12.500 kilogram melk

Gras en mais van eigen land vormen de belangrijkste ingrediënten voor het melkveerantsoen. Kusters voert zijn Holsteins 60/40 mais-gras aangevuld met soja, een energiemengsel met maisvlokken en bestendig vet. Voerleverancier op het Brabantse bedrijf is Gebrs. Fuite. “Ik ben jarenlang klauwverzorger geweest en van melkveehouders waar ik kwam hoorde ik goede verhalen over Fuite. Zelf zocht ik zo’n vier jaar geleden naar mogelijkheden om meer uit mijn melkvee te halen. Adviseur Bart Aarts van Fuite voorspelde mij dat dit met hun advies en de producten wel zou lukken en dat mocht hij laten zien.”

Kusters werd volgens eigen zeggen niet teleurgesteld. “In drie jaar tijd kroop de productie omhoog van krap 10.000 kilogram naar ruim 12.500 kilogram melk. Ik denk dat de 13.000 ook wel in het verschiet ligt. Momenteel zitten we op gemiddeld 42 à 43 kilogram melk per koe per dag. Waar het succes in zit? Ik denk in de krachtvoercomponenten en in de eenvoud. Als ik verander van kuil, wordt er niet eerst een andere brok berekend. We kijken eerst wat de koeien doen en stellen aan de hand daarvan waar nodig dingen bij. Resultaat is dat we al ongeveer twee jaar hetzelfde voeren. Alleen in de energie- en eiwitvoorziening switchen we waar nodig een beetje. Hoe minder wijzigingen, hoe beter.”

Aandacht voor jongvee-opfok

Waar voor het melkvee-adviseur Bart Aarts de vaste sparringpartner is voor Kusters, is dat voor het jongvee Toine van Loon. Hij is adviseur kalveropfok bij Fuite en komt zodoende bij veel klanten-melkveehouders van de voerleverancier over de vloer. Hij vindt dat Kusters de opfok goed voor elkaar heeft. “Hij is er bewust mee bezig en zit er bovenop. Als hij bijvoorbeeld een nieuwe kuil voert, kijkt hij bijvoorbeeld wat het effect is op de biestkwaliteit door de brix te meten. Dat doet niet iedere melkveehouder”, weet Van Loon.

Kusters laat qua jongveeopfok inderdaad weinig aan het toeval over. Direct na de geboorte haalt hij het kalf bij de koe weg en ontsmet de navel. Het kalf gaat naar een schone eenlingbox. Zit hij tussen twee melktijden in, dan melkt Kusters de moederkoe alvast om het kalf direct biest te kunnen geven. Doel is het kalf minimaal drie à vier liter biest te geven. Gedurende vier melkmalen krijgen de kalveren biest, waarna Kusters overschakelt op poedermelk. Hiervoor gebruikt hij Prominend Super. Dit is een melkpoeder met focus op maximale groei en optimale weerstand. Tegelijkertijd geeft Kusters de kalveren ook onbeperkt water en vast voer in de vorm van Kalverplus-brokken gemengd met maisvlokken. Kusters koos voor de Kalverplus-brok vanwege het iets hogere eiwitgehalte. “Het ruikt ook lekker en is smakelijk, doordat er melasse in zit. Dat stimuleert de opname extra”, zo schetst Van Loon nog een voordeel van de Kalverplus-brok.

Kalveren krijgen minimaal drie à vier liter biest. Daarna schakelt Kusters over op kunstmelk.

Na drie à vier weken gaan de kalveren uit de eenlingboxen en gaan ze in groepjes in strohokken met milkbar. Ze blijven zo’n drie maanden aan de melk. Daarna gaan ze geleidelijk over op melkveerantsoen, Kalverplus-brok en maisvlokken. Na vijf maanden op stro schuiven de kalveren door naar de roostervloer. De eerste tien maanden voert Kusters de kalveren zo hard mogelijk. Daarna schakelt hij over naar een schraler rantsoen. Dit door het jongveerantsoen tot tien maanden gemengd met stro te voeren.

Amper gezondheidsklachten

Van gezondheidsproblemen onder het jongvee heeft Kusters volgens eigen zeggen niet veel last. “Laatst had ik een kalf met longontsteking en één met een navelbreuk . Maar daar is het dan ook bij gebleven.” Er strak bovenop zitten met de biestvoorziening en een goede hygiëne zorgen ervoor dat ziekteverwekkers op het bedrijf weinig kans krijgen. Over de ventilatie bij de jongste kalveren is Kusters tevreden. De kalveren zijn gehuisvest in een voormalige varkensschuur, die door de melkveehouder is omgebouwd tot een mooi verblijf voor de jongste dieren. Ook is er in deze schuur nog een groot strohok voor verse koeien of koeien die even extra aandacht nodig hebben. Vaccineren tegen dierziekten doet Kusters niet. “Behalve tegen blauwtong dan, maar daar hebben we evengoed last van gehad.” Kusters is er scherp op dat virussen en bacteriën zo weinig mogelijk kans krijgen op het bedrijf. “Eenlingboxen maak ik na elk gebruik schoon met de stoomcleaner. We zitten redelijk ruim in de eenlingboxen, waardoor ik ze ook extra lang leeg kan laten staan. Na iedere voerbeurt maak ik speenemmers schoon met heet water.”

Tweedekalfs gaan ze als een speer

Kusters streeft naar maximale groei van zijn jongvee met als uiteindelijk doel goede vaarzen aan de melk te krijgen. Het jongvee wordt gemiddeld op zo’n veertien maanden leeftijd geïnsemineerd. De gemiddelde afkalfleeftijd ligt net onder de twee jaar. “We kunnen misschien nog wel iets eerder insemineren, maar ik wil ook vaarzen hebben die tegen een stootje kunnen”, aldus de melkveehouder, die vindt dat zijn vaarzen het goed doen, hoewel ze qua productie iets onder het bedrijfsgemiddelde scoren met 97 voor lactatiewaarde. Als tweedekalfs maken ze dit volgens Kusters echter ruimschoots goed, met een melkproductie die gemiddeld 3.200 kilogram hoger ligt dan in de eerste lactatie. “Dat de vaarzen het bij ons iets minder doet, heeft er wellicht mee te maken dat de stal wat vol zit. Maar sinds kort zitten er afsluithekken achter de voerstations. Deze gaan automatisch dicht zodra er een koe in staat. Zo kunnen vaarzen er niet meer worden uitgejaagd door oudere koeien. Sinds de afsluithekken aan de boxen zitten, zijn de vaarzen vier kilogram gestegen in de MPR.”

Groei van jongvee verbeteren met verlichting

Bij de melkkoeien deed Kusters goede ervaringen op met speciale LED-verlichting van HATO. “Ik werd gevraagd mee te doen met een praktijkproef van HATO met speciale LED-verlichting. Hiermee rekken we met speciaal licht, te herkennen aan een blauwe gloed, kunstmatig de daglengte. Ze zien hierbij het liefst een lichtperiode van zestien uur per dag en acht uur pikdonker zowel bij het melkvee als jongvee. Voor droge koeien zien ze deze tijden het liefst omgedraaid. Vanaf 8.00 uur tot 22.00 uur geven de lampen licht. Door het speciale licht blijven de melkgevende koeien actiever en nemen meer voer op. Dit zie ik terug in de melkproductie. Zeker in deze donkere dagen kunnen dergelijke lampen het verschil maken. Ze blijven zeker hangen.”

Herman Kusters in de stal bij de melkkoeien. Op de achtergrond de LED-verlichting, die volgens de melkveehouder zorgt voor meer activiteit, meer voeropname en een hogere productie.

De volgende stap is te kijken welk effect aangepaste verlichting heeft op de groei van het jongvee. Daarom hangen in de stal met ouder jongvee en droogstaande melkkoeien sinds ongeveer een maand ook speciale LED-lampen. Doel is te kijken in hoeverre de verlichting ook effect heeft op de voeropname en daarmee op de groei van het jongvee. “We onderzoeken dit samen met Fuite. Zij meten de groei. Ik ben benieuwd wat het effect is van aangepaste verlichting op de groei en de gezondheid van het jongvee. Ik heb er goede hoop op dat ook dit kan bijdragen aan een optimale jongvee-opfok. Want dat is de basis voor melkkoeien die lang en probleemloos kunnen produceren.”

Tekst en beeld: Gerben Hofman

Dit artikel is met toestemming overgenomen van de site van Melkveebedrijf. 

Eindejaarsboodschap 2024

Als enkel de laatste dagen van het jaar ons aansporen tot bezinning is er iets grondig mis. Daar zal iedereen het mee eens zijn. De huidige tijd overziende komen we tot de conclusie, er heerst verwarring alom. Veel is er op te noemen en over alles kunnen we een mening hebben. Hoe hier mee om te gaan? En wat is wijs? Dit is een vraag die gesteld moet worden, maar niet makkelijk te beantwoorden is.

Een van de grootste geleerden van de geschiedenis sir Isaac Newton beschreef het zo; de waarheid is altijd te vinden in eenvoud, en niet in verwarring of verscheidenheid. Laat Isaac Newton nu ook nog van boerenafkomst zijn.

Dit voorjaar waren wij met onze voeradviseurs op studiereis in Engeland. Bij één van die bezoeken hield een zekere veehouder Andrew Evans een bedrijfspresentatie. Hij somde op hoe moeilijk het in Engeland in de agrarische sector was, hoe de politiek tegenwerkte en de banken moeilijk deden en de burger er niets van begreep. Zijn rap Engels kon maar ten dele worden verstaan.  We stelden een eenvoudige vraag. Waarom bent u nog boer?

Dat vraagt mijn vrouw ook elke dag, zei mister Evans . Wij kregen een helder en eenvoudig antwoord. Mister Evans gaf twee redenen;  Hij is er van overtuigd  dat voor de primaire sector, de voedselproducent dus, een goede toekomst is weggelegd. Voedselzekerheid wordt en is belangrijker dan ooit. En het tweede wat hij noemde was nog eenvoudiger. Hij zei; in mijn aderen stroomt boerenbloed. Het werd even stil in het kleine zaaltje. Een landbouweconoom zou het eerste fors onderstrepen. En een arts zou een manier zoeken om een bloedtransfusie toe te passen. Neem de vrijheid om uit beide beschouwingen lessen te trekken.

Gebrs. Fuite beseft terdege dat kennis, ontwikkeling en vakmanschap nodig is om op het boerenerf het verschil te maken. Ons dagelijks werk staat in het teken dat de stal de baas is.

Toch is er meer, het zou te kort doen aan onze mensen als wij dit niet noemen. We komen op persoonlijk terrein terecht. Er word wel gezegd  de tijd geeft en de tijd neemt. Afgelopen jaar is dat voor velen zo zichtbaar geworden. Wij hoorden van vreugdevolle maar ook van intens verdrietige omstandigheden. Zoveel als in ons vermogen was hebben wij als Fuite met u mee proberen te leven.

We leven in de tijd van advent en kerst. Toch een moment van bezinning. Nadenken over zaken die de tijd overschrijden. Wat vindt u belangrijk? Advent, is ten diepste een verlangen dat uitziet naar Het Licht dat de duisternis verdringt. Aan het einde van 1772 schreef John Newton een lied ter voorbereiding op Kerst. Het welbekende ‘Amazing Grace’. Hierin vertolkte hij wat advent en kerst bij elkaar brengt. Verbazingwekkende genade. Dat wonder te beleven wensen wij u allen van harte toe.

Onze dank voor het door u in ons geschonken vertrouwen. Wij en onze medewerkers beseffen de waarde hiervan maar ook de verplichtingen die dit met zich mee brengt.

Gebrs. Fuite, medewerkers en familie wensen u en de uwen in alle opzichten een gezegend en voorspoedig 2025 toe.

Toegetreden als ketenpartner Best Star Meat

Per 1 december zijn wij toegetreden als ketenpartner van Best Star Meat. Dit houdt in dat wij nu ook deelnemen aan Varken op z’n Best.

 

Op 1 oktober 2020 introduceerde de Van Loon Group het innovatieve ketenconcept Varken Op z’n Best. Het doel van Varken Op z’n Best is de kwaliteit van het varkensvlees te verhogen en de keten transparant, duurzaam en stuurbaar te maken. Varken Op z’n Best gaat uit van een integrale aanpak met alle schakels in de keten. Dit is gebaseerd op 3 elementen: kwaliteitsmanagement, duurzaamheid en keteninformatiesysteem.

Gebrs. Fuite streeft naar een ruim aanbod voor haar varkenshouders. Wij zijn dan ook enthousiast over onze deelname binnen dit concept en zien uit naar een mooie samenwerking!

 

Wat zijn voordelen voor deelname aan deze concepten?

  • Afzet van vlees in de Nederlandse afzetmarkt
  • Verschillende concepten met lange termijn prijssysteem
  • Compensatie voor duurzaamheidsinitiatieven
  • Lange termijn samenwerking tussen producent en afnemer
  • Hoge traceerbaarheid van producten

 

In welke andere concepten zijn we participant?

  • Good Farming Star
  • Beter voor Varken, Natuur en Boer (Albert Heijn)
  • Boerentrots (Plus)
  • Keten Duurzaam Varkensvlees
  • Verde Varken

 

Wilt u meer weten over de mogelijkheden van concepten voor uw bedrijf. Neem contact met ons op.

Nieuw assortiment lammerenkorrel Fuite

De opfokperiode is een belangrijke periode voor de latere productiecapaciteit van een melkgeit. Dit begint met een goede biestvoorziening voor voldoende immuniteit. Daarna is een goede kunstmelkopname belangrijk om een goede start te maken en flink te groeien.

Na het spenen moet de pens het ruw en krachtvoer goed afbreken. Daarom is een geleidelijke overgang van melk naar vast voer belangrijk. Ook speelt dan de blootstelling aan ziekteverwekkers die in de lammerenstallen aanwezig zijn. De belangrijkste daarvan (coccidiose) kan aanzienlijke en langdurige schade aanrichten middels groeiachterstand, extra werk en kosten.

 

VLOG Lam ALPHA

Fuite heeft een lammerenkorrel ontwikkelt die  vanaf geboorte (tot 4 a 5 maand) onbeperkt verstrekt kan worden waardoor de pens zich goed kan ontwikkelen en dus de lammeren goed groeien. Daarnaast zijn kruiden/additieven toegevoegd die een preventieve werking hebben op het optreden van coccidiose. Door extra afweer tegen coccidiose vanaf geboorte toe te passen, kan schade aan de darmwand, extra kosten en extra werk vrijwel worden voorkomen. Fuite heeft daar afgelopen jaar ruime ervaring mee op gedaan. Daarom kiest Fuite ervoor vanaf geboorte alleen VLOG Lam ALPHA aan te bieden die zorgt voor een goede ontwikkeling van de pens, een goede groei, het risico op coccidiose flink beperkt en daarmee gezonde goed ontwikkelde lammeren oplevert. VLOG Lam ALPHA is in bulk, in big bags en in zakgoed verkrijgbaar.

 

VLOG Lam BRAVO

Na deze periode is een voer nodig dat voldoende energie en eiwit levert, maar niet tot vervetting en/of dunne mest leidt. Daarvoor is een juiste balans in energie en eiwit belangrijk. Verder zijn de juiste vitaminen, mineralen en sporenelementen belangrijk voor een goede vruchtbaarheid. De VLOG Lam BRAVO is zo samengesteld dat dit voer veilig onbeperkt gevoerd kan worden met goede ontwikkelde lammeren en een goede vruchtbaarheid tot gevolg. De VLOG Lam BRAVO is alleen in big bags en in bulk leverbaar.

Een probleemloze biggenopfok

Op het moment van spenen heeft 40% van de biggen geen of onvoldoende vast voer opgenomen. Deze biggen worden in onderzoeken de “niet eters” genoemd. Focussen op het verlagen van het percentage “niet eters” is de sleutel tot een succesvolle biggenopfok.

 

Het belangrijkste zintuig voor de big om te leren eten is; reuk. Een big vindt, na geboorte, de uier van de zeug door de geur van moeder en de uier vol smaakvolle melk. Daarnaast heeft een big 3 tot 4 keer meer smaakpapillen dan wij mensen. Kortom geur en smaak zijn essentieel om het percentage “niet eters” te verlagen.

 

In het voerassortiment van Fuite is de laatste jaren veel aandacht besteed aan het voerprogramma voor de zuigende biggen. Naast de smaken zoet, zout, zuur en bitter is ook de smaak umami opgenomen in onze voeders. Daarnaast zijn onze voeders uitgevoerd met melkzuur. Dit komt vanuit de unieke Ferment-mix. Het melkzuur helpt de big om de pH in de maag optimaal te houden. Dat resulteert in een betere maag- en darmgezondheid. Dit is precies hetgeen we nastreven voor het spenende big.

 

Naast uitgebalanceerde smakelijke en geurende voeders is de strategie van bijvoeren ook belangrijk.
👉🏻 Als het in uw situatie mogelijk is, voer de eerste dagen de biggen op de rand van kraambox en biggennest op de dichte vloer. Wat moeders eet is veilig, dus zullen de biggen de opname van vast voer snel kopiëren.
👉🏻Indien bovenstaande niet mogelijk is, zullen de biggen uitgedaagd moeten worden om naar de biggenkom te komen. Hier komt naast geurstof ook de verschijningsvorm in beeld. Muesli is een zeer aantrekkelijke verschijningsvorm voor biggen. Het kunnen exploreren daagt biggen uit en verlaagt het aandeel “niet eters” bij spenen.
👉🏻Begin zo jong mogelijk. Biggen leren het meest in de eerste 5 dagen na geboorte.

 

Welke unieke producten heeft Fuite beschikbaar om het aandeel “niet eters” te verlagen:

👉🏻 Pigger Biggenmelken / Pigger Cream (Vloeibare UHT melk) / Pigger Appetite
👉🏻 Pigger Prestarter / Pigger Peak Plus / Pigger Muesli
👉🏻 Speen Structo Safe Ferm

 

Een goede voeropname in het kraamhok van de big resulteert in een goede opstart en probleemloze biggenopfok. In de stal zien we dat door een hogere voeropname direct na het spenen. De biggen hebben hierdoor nauwelijks een groeidip na het spenen. Het resultaat is een verbetering van de prestaties van de biggenopfok. Denk hierbij aan lagere uitval, hogere groei, betere uniformiteit en betere voederefficiëntie.

 

Heeft u interesse? Dan kunt u contact opnemen met uw contactpersoon of via het contactformulier.

vacature verkoopadviseur geitenhouderij

Gebrs. Fuite is een vooruitstreven familiebedrijf dat haar naam te danken heeft aan de kwalitatief hoogstaande producten die zij levert aan haar klanten. Vanuit onze productielocatie produceren wij op eigen wijze een breed assortiment diervoeders.

Gebrs. Fuite biedt een uitdagende functie aan een

Verkoopadviseur Geitenhouderij

 

Als gedreven geitenspecialist ben je iemand die bij de top in het werkveld wil horen en op zoek is naar ‘vrijheid’.

 

Functie-eisen

  • Minimaal een HBO werk- en denkniveau of ruime werkervaring.
  • Enkele jaren commerciële ervaring in de veehouderij.
  • Kennis en ervaring in mengvoeders is een pre, maar geen must.
  • Passie en drive zijn belangrijk.
  • Kennis van de dagelijkse praktijk van de geitenhouderij is vereist.

 

Competenties

  • Passie en drive voor de geitenhouderij
  • Commercieel gedreven en resultaatgericht.
  • Relatiebouwer en netwerker.
  • Goede communicatieve vaardigheden.
  • Verantwoordelijkheid krijgen is verantwoordelijkheid nemen.
  • Zelfstandig en initiatiefrijk.

Spreekt deze functie jou aan? Dan komen wij graag met je in contact
Neem vrijblijvend contact op met Jarig Jan Odinga  voor vragen of een kennismakingsgesprek > 06- 22 799 464 of mail naar: odinga@fuite.nl.

Zeer hoge VEM-gehaltes snijmais 2024

Het jaar 2024 is op veel plekken een uitdagend maisjaar gebleken. Het natte voorjaar in combinatie met het late inzaaien heeft de opbrengsten per hectare gemiddeld genomen een flink stuk doen dalen.

 

Weersomstandigheden groeiseizoen 2024

Het voorjaar 2024 was warm en nat. Plaatselijk maar vooral in het zuiden van Nederland viel in april en mei extreem veel regen. Hierdoor kon op veel plekken de mais pas laat tot uitzonderlijk laat gezaaid worden. Uiteindelijk was mei weer zeer nat.

Juni was vrij koel waardoor de mais vervolgens langzaam groeide. Juli was een natte maand, waarin de mais goed groeide. Door het late zaaien en de koude maand juni kwam de mais zeer laat in de bloei. Augustus was zeer warm, zonnig en droog waardoor de kolfzetting en vulling weer goed was. Ook de afrijping verliep voorspoedig.  Zoals in onderstaand overzicht te zien is resulteerde het wisselvallige weer in relatief grote verschillen in voederwaarde.

Tabel 1: voederwaarde snijmais 2024 t.o.v. voorgaande jaren.

HOGE VEM-waardes

Door de late inzaai is er duidelijk minder drogestof aan snijmais geoogst. De planten zijn zeer snel gegroeid, terwijl de kolven goed ontwikkeld zijn. Hierdoor is het gemiddelde zetmeelgehalte in de kuilen erg hoog en het RC-gehalte erg laag (zie tabel 1) . Met als gevolg dat de gemiddelde VEM-waarde een record hoogte heeft. De snijmais levert aan de andere kant dan ook veel minder structuur op . Aangezien de graskuilen dit jaar gemiddeld genomen juist structuurrijker zijn, past de snijmais dit jaar goed naast deze graskuilen.

Van A naar B: Het verhaal van chauffeur Dennis

Een drukke ochtend, de zon komt op en de mensen beginnen langzaam te ontwaken. Terwijl de mensen zich haasten naar hun werk, zijn onze chauffeurs al onderweg. Op de landelijke “dag van de chauffeur” staan we eens in het bijzonder stil bij onze collega chauffeurs. Wat maakt het leven van onze chauffeurs leuk? Wat gebeurt er achter het stuur? Hieronder lees je het verhaal van collega Dennis. Hij is sinds twee jaar werkzaam bij Fuite.

 

Hoe ben je bij Fuite terecht gekomen? En was je al bekend met de sector?

Dennis was nog niet bekend met de sector. Hij was hiervoor werkzaam in de tapijtindustrie in Genemuiden. Hij reed vaak langs Fuite en had interesse om bij Fuite te komen werken. Er kwam een vriend van Dennis werken bij Fuite en zo is het balletje gaan rollen. In eerste instantie was er geen vacature als chauffeur, maar een dag later werd Dennis opnieuw gebeld. Er mocht dan wel geen vacature zijn als chauffeur, echter in de fabriek konden ze wel wat handjes gebruiken. Zo heeft hij eerst een halfjaar in de fabriek gewerkt. Dit was zeker een voordeel, zo had hij al kennis gemaakt met de verschillende voersoorten. Ondertussen heeft hij zijn rijbewijs gehaald als chauffeur. Inmiddels rijdt hij al bijna 2 jaar lang heel Nederland door.

 

Je hebt onlangs een nieuwe vrachtwagen gekregen.
Is er veel verschil met het andere model?

De meeste chauffeurs rijden een Volvo FH, nog een enkeling een Volvo FM. Ook in de Volvo FH serie zitten verschillen.  Dennis rijdt als eerste de nieuwe variant FH.
Vergeleken met de andere Volvo FH modellen zit er weinig verschil in.

  • In de spiegels zit een dodehoeksensor
  • Een extra camera bij het achteruitrijden

 

Hoeveel ritten doe je gemiddeld op een dag? Heb je dan liever lange ritten of korte ritten? Wat doe je om actief en wakker te blijven tijdens lange ritten?

Het mooiste aan Fuite is dat je nooit weer waar je heen moet. Het is iedere keer een verrassing. De ene dag doe je 3 korte ritten en de andere dag heb je 2 lange ritten. Het kan voorkomen dat je op één dag bij een melkvee-, pluimvee- en varkensklant komt. Dit houdt het werk afwisselend en leuk!

“Onderweg is het een kwestie van opletten, dit houdt je zeker wakker.”

 

Je bent onderweg veel alleen. Hoe hou je toch contact met collega’s? En leren jullie ook van elkaar?

“We hebben een leuke groep collega’s en onderweg bellen we veel. Of we hebben contact via de “bak”. Als we naar het zuiden rijden, rijden we samen op.”

Voordat we vertrekken overleggen we vaak over de adressen. Bij sommige adressen kom je voor het eerst, terwijl andere collega’s er al zijn geweest. Zo bespreek je waar de silo’s staan en hoe je het beste het erf op kunt rijden. Je kunt elkaar op deze manier helpen.

Op zaterdagochtend drinken we met de chauffeurs een kopje koffie bij het tankstation die op dat moment vroeg wegrijden. We rijden dan samen op en komen rond hetzelfde tijdstip weer aan de zaak.

 

Heb je een blunder meegemaakt op de boer?

Af en toe vergeet je de slang goed aan te draaien. Deze vliegt er dan vanaf. Het voer ligt dan op de grond i.p.v. in de silo.

 

Wat is de grootste uitdaging achter het stuur? (rijden bij gladheid of regen of achteruit)

Elke dag is een uitdaging!
Het is iedere dag belangrijk om heelhuids terug te komen op de zaak. Daarnaast moet je het voer lossen in de goede silo. Vooral als je meerdere voersoorten in de oplegger hebt zitten. Het is dus van belang om altijd scherp te blijven.

 

Heb je een favoriet adres?

De afwisseling houdt het leuk! Elk adres is weer anders en heeft zijn eigen voersoort.

“Tuurlijk ken je adressen waar je wat lekkers aangeboden krijgt”.

 

Over welke sector zou je graag meer willen weten en waarom? (melkvee, varkens, pluimvee, vleesvee)

Hoe meer je op het erf komt, hoe meer je leert. “Als ik ergens een vraag over heb, dan vraag ik het aan de boer. Zo leer je steeds meer over de sector.”

 

Meer chauffeurs van Fuite leren ‘kennen’? Lees hier het verhaal van Martin