“Ik zeg altijd maar zo: ze hebben me bij Fuite niet voor de sier”

Het is inmiddels al ruim dertig jaar geleden dat Gerjan in dienst kwam. In die jaren veranderde er nogal wat. Wat niet veranderde is het plezier waarmee Gerjan onderweg is. Voeders, zaagsel, plastic en zaaizaden bezorgt hij op boerenerven door het hele land.

 

Hoe ben je eigenlijk bij Fuite terechtgekomen?

“Dat gaat inmiddels al heel wat jaren terug. Ik werk nu ruim dertig jaar bij Fuite, maar mijn band met het bedrijf begon al veel eerder. Thuis voerden we namelijk al van Fuite. In die tijd kwam Jan sr. bij ons over de vloer als vertegenwoordiger, en later nam Eef van Heerde dat over. Daardoor kende ik Gebrs. Fuite en de mensen erachter al van jongs af aan. Die vertrouwdheid speelde mee in mijn keuze om er te gaan werken.”

 

Je bent dus bekend met de sector?

“Ja, eigenlijk groeide ik ermee op. Doordat we thuis melkvee hadden, wist ik al hoe de sector in elkaar zat en hoe belangrijk een betrouwbare voerleverancier is. Daardoor voelde de overstap naar Fuite heel natuurlijk.

 

Adressen waar je al jaren komt zullen het herkennen: vaak ben je voor dag en dauw al onderweg.

“Vroeg opstaan zit er bij mij al vanaf jongs af aan in. Toen we thuis nog melkvee hadden, hielp ik mijn vader, als jongen van een jaar of tien, al met melken. Mijn vader werkte daarnaast nog buiten de deur, dus we begonnen om vier uur ’s ochtends met melken. Ik hielp graag — dat hoorde er gewoon bij. Dus eigenlijk heb ik nooit moeite gehad met vroeg uit bed gaan.”

 

Heb je liever een lange of een korte rit?

“Ik maak nergens een probleem van. Ik zeg altijd maar zo: ze hebben me bij Fuite niet voor de sier. Wat er moet gebeuren, dat doe ik gewoon. In mijn beginjaren bij Fuite was het bedrijf nog veel kleiner. Toen hielp ik ook nog met het afzakken van voeders en kunstmest, en deed ik allerlei andere werkzaamheden in de zakgoedschuur. Je deed gewoon wat nodig was. Dat zit nog steeds in me. Of het nu een lange rit is of een korte, het hoort allemaal bij het werk.”

 

Hoe kijk je terug op de afgelopen jaren?

“Er is in de afgelopen jaren natuurlijk veel veranderd. Het bedrijf is gegroeid, het werk is anders geworden en de sector staat niet stil. Maar één ding is hetzelfde gebleven: ik heb nog altijd schik in mijn werk. Dat is voor mij het belangrijkste. Ik zeg wel eens: ‘de kop laten hangen kan altijd nog’. Zo zit ik niet in elkaar. Je neemt de dag zoals hij komt, je doet je werk met plezier, en daarmee kom je een heel eind.”

 

Hoe ervaar je het contact met collega’s? Als chauffeur ben je geregeld alleen op pad, toch?

“Dat klopt, je zit heel wat uren alleen in de auto. Maar toch heb ik veel contact met collega’s. Als ik onderweg iets tegenkom waarvan ik denk: ‘hé, dat kan de volgende keer anders of beter’, dan pak ik meteen de telefoon om het door te geven aan kantoor. Je doet het samen, vind ik. Ook met de collega’s in de loods heb ik veel contact. Door mijn jarenlange ervaring heb ik zicht gekregen op bepaalde routines, en dan probeer ik na een rit aan te geven wat volgende keer misschien handiger kan. En dan hebben natuurlijk de kantine. Daar komen we elkaar allemaal tegen — operators, kantoormedewerkers, chauffeurs en af en toe een vertegenwoordiger die binnenloopt. Het is een bont gezelschap, maar dat maakt het juist gezellig. Je merkt dan echt dat je samen één bedrijf vormt.”

 

Wat merk je van de veranderingen op het boerenerf in de afgelopen jaren?

“Er is ontzettend veel gemoderniseerd. Denk aan melkrobots en andere automatische (voer)systemen. Daarnaast hoor ik vaak van veehouders hoeveel papierwerk ze moeten bijhouden tegenwoordig. Maar ondanks al die veranderingen is één ding hetzelfde gebleven: het gemoedelijke van de agrarische sector. Het zijn en blijven echte familiebedrijven. Soms drink je een kop koffie in een kantine, maar net zo vaak zit je gewoon bij het gezin aan de keukentafel. Dat maakt dit werk ook zo mooi.”

 

Wat spreekt je aan in de agrarische sector?

“Vooral het zien van vee. Als ik koeien in de wei zie lopen, dan kan ik daar echt van genieten. Dat blijft toch iets prachtigs. Zeker keuringskoeien — ja, daar kan ik helemaal enthousiast van worden. Het is moeilijk uit te leggen, maar als je er mee bent opgegroeid dan kun je genieten van een mooie koe!

 

Zoveel jaren bij Fuite, en nog steeds bij dezelfde werkgever. Vertel.

“Tja, mijn werk vind ik gewoon nog steeds heel leuk. Dat is eigenlijk de basis. En de mentaliteit binnen het bedrijf past bij mij: geen fratsen, gewoon doorgaan. Zo steek ik zelf ook in elkaar. Bij Fuite wordt hard gewerkt, maar er is ook ruimte voor humor en nuchterheid.”