Diarree is hele dunne ontlasting die meerdere keren op een dag plaatsvindt. Het kan zeer plotseling ontstaan en snel weer overgaan, of juist lang duren. Diarree is vaak het gevolg van een onderliggende ziekte een voedselinfectie of stress.
Als het gaat om drinkwater voor uw biggen zijn er drie hoofdzaken van belang:
Kwaliteit, kwantiteit en beschikbaarheid.
Kwaliteit van water:
- Let in het geval van drinkbakjes op plaats in hok (niet tegenover voerbak, dat is i.h.a. het toiletgedeelte) en (dus) bevuiling
- Bij opleg leiding (gardenasluiting) én alle nippels even door laten lopen (geldt ook voor drinknippels zogende biggen). Een brokjes voer in de nippel drukken volstaat: nippel loopt door, brokje lost op en nippel gaat vanzelf weer dicht.
- Laat uw water regelmatig onderzoeken. Fuite kan dit voor u verzorgen.
Kwantiteit van water (hoeveelheid):
- 1 nippel per 10 biggen (bij zowel droogvoer- als brijbak, nippel als drinkbakje))
- ½ liter per minuut opbrengst
- Waterdruk niet té hoog, kunnen (sommige) biggen hem niet bedienen
Beschikbaarheid van water:
In geval van nippels dan is het verstandig om te kiezen voor nippels op verschillende hoogtes. Eventueel kan de eerste dagen een stoeptegel als verhoging worden gebruikt voor de allerkleinsten.
Richtlijnen wat gewenst is t.a.v. bereikbaarheid water:
- bij biggen van 6-7 kg: hoogte drinknippel 90 graden met wand 20 cm, hoogte drinknippel 45 graden met wand 25 cm en hoogte drinkbakje (onderkant) 8-11 cm.
- bij biggen van 25 kg: hoogte drinknippel 90 graden met wand 45 cm, hoogte drinknippel 45 graden met wand 55 cm en hoogte drinkbakje (onderkant) 8-11 cm.
- Let op de kracht die nodig is om water toe te laten stromen (kunnen biggen dit, ook vlak na spenen?). Let op de waterdruk bij gebruik drinknippel. Waterdruk moet niet zo hoog zijn dat water in de neus van de biggen komt.
- De “Welzijnscheck varkens” verwoordt het zo: is water goed en makkelijk bereikbaar voor de kleinste biggen bij opleg en de grootste biggen bij einde opfok?