Meer zieke kalveren bij onvoldoende goede biestopname

Diarree en longproblemen bij kalveren leiden tot groeistilstand of zelfs uitval. Het gevolg: extra werk, hogere kosten voor jongvee opfok en slechtere ontwikkeling van het jongvee. Biest verstrekking is belangrijk, maar enkel ‘veel en vlug’ voldoet niet.

Voldoende goede biest verlaagt kans op ziekte en sterfte zeer sterk

Bij geboorte wordt een kalf vanuit de steriele baarmoeder in de ‘vuile’ buitenwereld geworpen. Ineens zijn er veel potentiële ziekteverwekkers in de omgeving van het kalf, terwijl het nog geen antistoffen in het bloed heeft die daar weerstand tegen bieden. De koe kan die antistoffen enkel via de biest overdragen aan het kalf. Het kalf op zijn beurt, kan de antistoffen alleen tijdens de eerste levensuren opnemen in het bloed. Pas wanneer het kalf voldoende, goede biest heeft opgenomen bouwt het weerstand op tegen bijvoorbeeld longproblemen of diarree.


Tabel 1 Invloed van biestgift op gezondheid van kalveren (Stilwell & Carvalho, 2011).

In de praktijk blijkt dat als een kalf ziek is of sterft, het meestal te weinig of slechte biest gehad heeft. Ook onderzoek onderschrijft dat de gezondheid van kalveren die onvoldoende goede biest opgenomen hebben, veel slechter is dan van kalveren die voldoende biest opgenomen hebben (zie tabel 1). De uitval was bijvoorbeeld 16% bij onvoldoende biest tegenover slechts 2% bij voldoende goede biest opname. Ook het aandeel zieke kalveren was drastisch hoger: bijna 60% tegenover 20%. Daarnaast moest de helft van de kalveren behandeld worden voor luchtwegen en/of diarree wanneer het kalf niet voldoende antistoffen in het bloed had opgenomen.

Voor een goede weerstand is het dus belangrijk om het kalf voldoende, goede biest te geven. De kwaliteit van biest is snel en eenvoudig te bepalen met een refractometer. Deze meting geeft als resultaat een Brix waarde. Om voldoende antistoffen in het bloed van het kalf te krijgen, moet direct na geboorte minimaal 4 liter biest van Brix 23 of hoger gegeven worden.

 

Biest kwaliteit van élke koe meten noodzakelijk

Om de kwaliteit van de biest op melkveebedrijven in kaart te brengen is een praktijkonderzoek onder 136 melkkoeien op 16 bedrijven gedaan. Wat opviel tijdens de metingen was dat hoeveelheid of kleur van de biest níets zegt over de hoeveelheid antistoffen – en dus kwaliteit – van de biest. In figuur 1 ziet u van elke koe in het onderzoek de Brix waarde, weergegeven per bedrijf.

Biestkwaliteit op 15 melkveebedrijven. Ieder bolletje geeft een koe weer. Een streepje geeft het gemiddelde van het bedrijf weer. Biest in het groene vlak is goed, in oranje is matig en in het rood bevat te weinig antistoffen. 7 tot 10 koeien zijn getest per bedrijf.

Het blijkt dat er tussen koeien op hetzelfde bedrijf zeer grote variatie in biestkwaliteit is. Op alle deelnemende bedrijven waren koeien met slechte biest, ondanks dat er óók op elk bedrijf koeien met goede biest waren. Dit onderschrijft het belang om van álle koeien de Brix waarde van de biest te bepalen.

Maak het verschil met behulp van het biestprotocol

De jongveespecialisten van Gebrs. Fuite werken dagelijks samen met melkveehouders aan de kwaliteit van het biestmanagement. Met behulp van een zelf ontwikkeld nieuw biestprotocol worden goede resultaten geboekt. De ervaringen in de praktijk zijn dat met goed biestmanagement écht het verschil gemaakt kan worden op het gebied van kalvergezondheid.

Past u deze twee succesfactoren al toe?

  • Zorg dat élk kalf direct na geboorte 4 liter goede biest krijgt. Dit kan door:
    1. Overtollige goede biest (Brix ≥23) in te vriezen en te gebruiken wanneer de eigen biest slecht is (Brix ≤19).
    2. Matige en slechte biest eenvoudig opwaarderen met Prominend Colostrum.
  • Meet de biest kwaliteit van élke koe met een refractometer. Kleur of hoeveelheid zeggen niets. Download registratieformulier

De wei in met wormen

Meer dan 80 procent van de bedrijven met rundvee is besmet met maagdarm- en longwormen. Een zware wormbesmetting tijdens lactatie kan leiden tot 6,4 kg minder melk per koe per dag. Dit is te voorkomen met een goed weideregime voor jongvee.

Larven en wormen veroorzaken schade aan de darmwand. Hierdoor worden er minder voedingstoffen en vocht opgenomen. Dit leidt tot diarree en uitdroging maar ook achterblijven in groei. Bij lacterende dieren kan een zware wormbesmetting leiden tot een daling van de melkproductie tot 6,4 kg per koe per dag. Jongvee kan prima weerstand opbouwen tegen maagdarm- en longwormen als ze een lichte besmetting doormaken. Door het verstandig weiden kunt u op een veilige manier afweer opbouwen zonder dat dit ten koste gaat van groei.

Tips voor een gedoseerde weerstandsopbouw:

  • Weid kalveren tot 1 jaar 6 tot 8 weken op etgroen en laat pinken in hun tweede levensjaar intensief grazen.
  • Weid de dieren elke 3 weken om naar een schoon perceel. Tussentijds maaien of laten begrazen door schapen of paarden verlaagt het aantal wormeieren op het land aanzienlijk.
  • Als regelmatig omweiden niet mogelijk is, controleer dan 4 tot 6 weken na inscharen op wormeitjes via mestonderzoek.
  • Behandel de kalveren bij hoestklachten direct volgens bedrijfsbehandelplan.
  • Zorg voor voldoende voeraanbod in de weide en voer de kalveren bij met jongveebrok.
  • Bij problemen met longworm in voorgaande jaren kunnen de jongste weidegaande dieren geënt worden (doe dit 6 en 2 weken vóórdat de dieren naar buiten gaan).

Hoge productie en toch snel drachtig? Het kan!

Probleemloze koe zet een mooie productie neer

In Broekland melkt familie Logtenberg 1 miljoen liter melk.  “Doordat de nieuwmelkte, hoogproductieve koeien een zeer energierijke brok krijgen zie je ze in de robotgroep bij wijze van spreken niet weer terug.” Melkziekte en afkalf problemen zijn een zeldzaamheid en koeien worden gemakkelijk opnieuw drachtig.

De 90 stuks melkvee worden gemolken door 2 Lely robots. Het jongvee wordt opgefokt bij de ouders en broer van Arjan in Wijhe. Er is 43 ha in gebruik. Hiervan is 35 ha grasland en 8 ha mais. De jaarproductie ligt op 11.527 kg melk met 4.01 vet en 3.63 eiwit. De TKT ligt op 387 dagen bij 1,7 inseminaties / koe.

Geen moeite te veel voor de verse koeien

Arjan is van mening dat in de droogstand en bij de opstart van de nieuwe lactatie de basis wordt gelegd voor een rendabele lactatie. “Ik wil de nieuwmelkte koeien optimaal voeren zodat ze hun verwachte productie niveau probleemloos geven. Daarom ben ik erg druk met de zorg voor de koeien tijdens en rondom afkalven. Droge koeien lopen bewust in de wei voor de woonkamer zodat ik altijd een oogje in het zeil kan houden. Indien nodig ga ik ’s nachts ook voor een vers afgekalfde koe uit bed.”

Maximale productie & hoge vruchtbaarheid met Topstart brok

Om de verse koeien optimaal te voeren zijn we op advies van Henk Maat gestart met het voeren van de Topstart brok. Deze brok levert veel gemakkelijk beschikbare energie. Alle verse koeien krijgen hiervan 5 kg naast een andere productie brok. Arjan heeft met de Fuite robotspecialist de tussentabel bij de Lely’s geïnstalleerd. Door deze manier van voeren worden de verse koeien uitgedaagd tot topprestaties. “We merken dat de koeien goed in conditie blijven en ook de vruchtbaarheid loopt lekker in de stal”. Ik twijfel nu wel eens of ik een koe alweer zal insemineren, als zo’n koe nog meer dan 50 liter melk geeft sla ik haar gerust nog een maandje over”.

Bescherm uw kalf met voldoende goede kwaliteit biest

HOeveel biest voor een pasgeboren kalf?

Om een kalf voldoende bescherming te geven moet de concentratie antilichamen in het bloed tenminste 15 gram per liter zijn. Om deze concentratie te bereiken moet voldoende biest van een goede kwaliteit verstrekt worden.

Maak gebruik van de unieke darm doorlaatbaarheid tot 6 uur na geboorte

De 1e zes uur na geboorte heeft de darm van het kalf de unieke mogelijkheid om grote moleculen zoals antilichamen door te laten. Daarna neemt deze opname capaciteit snel af. Vandaar ook de regel; veel, vlug, vaak en vers. In de figuur hieronder is de concentratie antilichamen in het bloed gemeten bij kalveren die 2 of 4 liter (goede kwaliteit) biest kregen bij geboorte.

Alleen door het verstrekken van 4 liter goede kwaliteit biest werd de benodigde 15 gram antistoffen in het bloed behaald voordat de doorlaatbaarheid van de darm afneemt.

Zo verstrekt u voldoende antistoffen

Om een kalf voldoende bescherming te geven moet de concentratie antilichamen in het bloed tenminste 15 gram per liter zijn. Om deze concentratie te bereiken moet middels 4 liter biest tenminste 210 gram antilichamen aan het kalf verstrekt worden.

De hoeveelheid antilichamen in de biest kan het beste met een brix-refractometer beoordeeld worden. Lees hier hoe de refractometer werkt.

Oplossingen bij onvoldoende biest van moeder

Niet elke koe heeft altijd voldoende goede biest. In dat geval is het verstandig om een biestvervanger / biestverrijker te gebruiken. Als de biestkwaliteit van de moeder onvoldoende blijkt te zijn kunt u eerder verzamelde en ingevroren biest van een van uw andere koeien gebruiken of kiezen voor een gevriesdroogd colostrumpoeder zoals Prominend Colostrum.  Deze is vrij van Mycobacterium paratuberculosis spp., IBR en Rhesus ziekte.

Bouw nieuwe laadstraat noodzakelijk door omzetgroei

Door de gestage groei van de omzet van VLOG/ VLOG EURO, reguliere melkvee voeders en diverse vleeskuiken voeders is het realiseren van een nieuwe laadstraat noodzakelijk. Inmiddels is het vergunningen traject opgestart. Gebrs. Fuite hoopt begin oktober te starten met de bouw welke naar verwachting voor de kerstdagen van 2019 gereed zal zijn.

 

Dealer varkensvoeders genomineerd voor Beste idee van Nederland

Rainier van Gelder, onze dealer Fuite/ Liprovit in Zuid Nederland was genomineerd voor het ‘Beste idee van Nederland’ met zijn oplossing om biggen bij meerdere zeugen te kunnen laten drinken door het weghalen van kraamhokafscheidingen.  De uitslag is inmiddels bekend. Lees hier meer het verslag van de avond. 

Steeds meer varkenshouders staan voor de uitdaging om  het grote aantal levend geboren biggen groot te brengen bij de eigen moeder / zeug. Echter een zeug heeft maar 14 spenen dus meer biggen kunnen zonder bijvoeding niet worden groot gebracht.  Belangrijk daarbij is om te werken met uniforme tomen. Het 2/40 multi suckling systeem van Pigger is een uitstekende manier om hier mee te werken. Lees hier meer over dit systeem. 

Lees hier het artikel op varkensbedrijf.nl 

Wij schonen onze granen voor rendabel en gezond voer

Op de kade in Genemuiden staat een toren. De uit geloste granen worden hier geschoond. Problemen met mycotoxinen bij uw dieren worden zo al in de kiem gesmoord.

Ten eerste kopen wij onze granen al van partners die aan diverse certificeringen voldoen. Toch zijn de granen van verschillende origine en daarom is preventief schonen noodzakelijk.

De aangevoerde grondstoffen bevatten vervuiling zoals:

  • Grof vuil en metaal: denk aan handschoenen, messen, drainagebuizen
  • Grove delen: stro, kaf, onkruid
  • Fijne vervuiling: stof en zand

Mycotoxinen worden geproduceerd door schimmels op het gewas. Schimmels zitten vooral op de buitenkant van het gewas; op het kaf en de stengels. Doordat deze vervuiling verwijderd wordt in onze schoontoren, worden ook de mycotoxinen verwijderd. Onderzoek heeft aangetoond dat DON (een mycotoxine die vooral in bij varkens en kippen problemen kan veroorzaken) in tarwe zo tot 90% minder voorkomt.

Onze grondstoffen zijn op deze manier

  • van een stabiele, hoge voedingswaarde
  • schoon en smakelijk
  • met zeer weinig risico te gebruiken voor elke diersoort

Mts. Dogger zeer tevreden over VLOG voeders

Op een prachtige locatie in Salland bevindt zich het melkveebedrijf van maatschap Dogger. De Maatschap Dogger is eind december 2018 overgeschakeld op de productie van VLOG-melk op verzoek van CONO Kaasmakers.

Het bedrijf heeft een omvang van 165 melkkoeien. Door verhalen in de omgeving over dalende producties na omschakeling, stelde het bedrijf de stap naar de productie van VLOG-melk zo lang mogelijk uit. Om VLOG-melk te mogen leveren moet ook het krachtvoer een VLOG certificering hebben.

Uitstekend resultaat met VLOG-voeders

Samen met melkvee specialist Gerrit Hoogenboom werd zorgvuldig een nieuw rantsoen samen gesteld met een verrassend goed resultaat. Waar de melk er ondanks stijging van de lactatiedagen goed onder bleef, werd er door hogere gehalten een stijging van vet en eiwit productie waargenomen.

De productie voor omschakeling zat op 42,6 kg melk en 3123 vet/eiwit grammen bij 191 lactatiedagen. De laatste 3 melkcontroles gaven een resultaat van 43,5 kg melk en 3231 vet/eiwit grammen met 221 lactatiedagen!

Wilco Dogger:  ‘Achteraf was het totaal onnodig bang te zijn voor productieverlies, we zijn er zelfs op vooruit gegaan!’

Hittestress kost veel geld

Al bij een omgevingstemperatuur boven de 20°C heeft een melkkoe last van hittestress. In Nederland waren in 2018  maar liefst 123 hittestress dagen. De gevolgen hiervan worden vaak onderschat. 

Door hogere productie en voeropname produceert de koe anno 2019 aanzienlijk meer warmte dan 50 jaar geleden. Op warme dagen boven de 20°C leidt dit zelfs op stal tot hitte stress bij de koe.

Figuur 1. Aantal dagen hittestress. Weerstations: Noord = Leeuwarden, Midden = Twenthe, Zuid = Volkel.

Om haar warmte kwijt te raken gaat de koe sneller ademen, meer staan, meer drinken en minder ruwvoer vreten. Dit kan leiden tot een afname in de droge stof opname (met name minder ruwvoer), een afname in melkproductie tot 12% (inclusief  daling van de gehalten), maar ook verminderde vruchtbaarheid en klauwproblemen. De totale kosten van hitte stress op een bedrijf met 100 melkkoeien worden door Wageningen Livestock Research geraamd op € 3.000,- tot bijna € 6000,- per jaar.

Wat kunt u doen om hitte stress te voorkomen?

  • Zorg voor een comfortabel stalklimaat door voldoende ventilatie, isolatie van het dak en eventueel mogelijkheid tot koelen met behulp van sprinkler
  • Dieren natmaken (sprinkler/vernevelaar) ENKEL icm goede luchtverplaatsing
  • Weid de melkkoeien enkel ’s nachts of bied koeien keuzevrijheid om binnen te blijven en bied schaduwplekken aan in de weide
  • Zorg voor voldoende fris en schoon drinkwater
  • Verhoog de smakelijkheid van het rantsoen:
  • Overleg met uw verkoopadviseur over de benodigde aanpassing van uw rantsoen

 

Weet u hoeveel úw koeien drinken?

Melk is voor 88% water, een koe bestaat voor 2/3de uit water en voor elke liter melk productie moet zij 4 liter water drinken. Water is belangrijk voor de koe! Zó zorgt u dat uw koeien voldoende drinken!

Als voeradviseur zijn wij dagelijks met voer bezig, maar over water hebben we het een stuk minder. Toch vreet een koe ‘maar’ tot 25 kg DS aan voer, terwijl ze tot wel 200 liter water drinkt op een dag. Heeft de koe last van bijvoorbeeld hittestress, koorts of pensverzuring? Dan is de waterbehoefte nog groter.

Te lage water opname beperkt de melkproductie.

Zowel de water kwaliteit als de wateropname spelen een rol. Dat blijkt uit een studie van Penn State Universiteit op  174 bedrijven (zie figuur 1): koeien die kwalitatief goed water dronken gaven 2,7 kg melk per dag méér dan wanneer er minstens één parameter niet goed was. Slechte waterkwaliteit kan ook leiden tot klauwproblemen, diarree en verhoogd celgetal. Onbeperkt goed water verstrekken uit schone waterbakken en leidingen is dus zeer waardevol.

Door een goede watervoorziening zorgt u dat uw koeien goed drinken. Beantwoord u één van de volgende vragen met ‘nee’? Dan kunt u daar mogelijk wat verbeteren aan uw watervoorziening!

  • Is er 7 cm drinkbak beschikbaar per koe?
  • Is er elke 20 meter van de stal 1 drinkpunt?
  • Zijn er minimaal 2 drinkpunten per groep? Ook bij de droge koeien?
  • Is het water in de bakken schoon en fris?
  • Is ook het drinkwater in de wei schoon en fris?
  • Kan in de wei minimaal 10% van de koeien tegelijk drinken, zonder ver te lopen?

 

×

Hallo!

Neem contact op met een medewerker van de binnendienst via WhatsApp of stuur een mail naar: info@fuite.nl

× Hoe kan ik je helpen?