Fuite aanwezig op dag van het schaap

Binnenkort is het weer zover: de dag van het schaap.

Zaterdag 11 juni is de Dag van het Schaap in Ermelo, de enige vakbeurs voor de Nederlandse schapenhouderij. Uiteraard nemen wij ook deel aan deze dag. Graag ontmoeten wij u bij onze stand!

De Dag van het Schaap heeft een uitgebreid programma: 35 schapenrassen als rassenpresentatie, tientallen standhouders met hun producten, keuringen, lamsvlees, het NK schapen scheren, tal van workshops, lezingen, een wolplein, keuring van schapenkaas, verkiezing van het Mooiste Schaap van Nederland, demo’s en workshops met werkhonden, kinderprogramma, een apart programma met geiten, thema wolfwering plus nog  veel meer. Dit jaar ook enkele primeurs! Volg de Dag van het Schaap op Facebook en / of de website www.dagvanhetschaap.nl

In de stand van Fuite staat een kopje koffie voor u klaar.

Benieuwd naar ons schapen / lammeren assortiment? Meer informatie is hier te vinden! 

Help! Het vet gehalte daalt!

De vetgehaltes dalen nu weer bij bedrijven waar weidegang wordt toegepast. Zó beperkt u de daling van uw gehaltes.

Vetgehalte daalt bij vers gras in rantsoen

Het is een vast patroon: mid winter zijn de gehaltes het hoogst en in de lente beginnen ze weer te zakken. Zeker wanneer er weer vers gras in het rantsoen komt, daalt het vet gehalte hard. Ook het eiwit percentage in de melk daalt richting de zomer. Eiwit daalt echter minder sterk vergeleken met het vetpercentage. Dit kunt u goed zien in onderstaande grafiek van het vet- en eiwit % door het jaar heen.

Oorzaken voor daling van gehalten

De seizoensgebonden daling van gehalten richting zomer heeft meerdere oorzaken:

  • Verdunning doordat de liters stijgen (lente)
  • Voeropname daling door temperatuur stijging (zomer)
  • Andere vet-samenstelling van vers gras en graskuil

Blad van gras bevat een waslaagje. Het vet in dit waslaagje heeft een andere samenstelling dan het vet in graskuil. Het vet van vers gras remt de melkvetvorming in het uier van de koe. Wanneer hetzelfde gras geconserveerd wordt verandert de vetsamenstelling. Daardoor zal het melkvetpercentage stijgen wanneer vers gras wordt vervangen door graskuil.

Wat kan ik er aan doen?

De daling van de gehaltes is niet geheel te voorkomen. Pas wanneer de temperatuur daalt  in de herfst en er geen vers gras meer in het rantsoen zit zullen de gehaltes weer stijgen.

Wel kan met voer en management de daling beperkt worden. Zó doet u dat:

  • Voorkom broei aan het voerhek en schuif meerdere malen per dag aan
  • Beperk hittestress
  • Verstrek goede energie voor de vorming van melkvet aan uw koeien. Bijvoorbeeld door:
    • Krachtvoersoort LipoPro
    • Pensbestendig vet in het basisrantsoen

Wilt u graag meer tips? Onze adviseurs helpen u graag verder!

 

3 tips voor een goede lasagnekuil

Met een lasagnekuil maakt u een constante basis qua ruwvoer. Wat zijn de top 3 tips voor een goede lasagnekuil?

Bij het maken van een lasagnekuil worden meerdere snedes over elkaar heen gekuild in dezelfde kuilbult. Als dit goed gebeurt is heeft u een goede basis voor een constant rantsoen. En kan er lange tijd kuilgras gevoerd worden met gelijke samenstelling.

Deze 3 tips vormen een basis voor een goede lasagnekuil:

Tip 1: Zorg dat het uitgangsmateriaal tussen de 40 en 45% DS zit. Het slagen van een lasagnekuil wordt erg moeilijk wanneer het te nat (30% DS) of te droog (60% DS) is.

Tip 2: Top elke laag gras af met landbouwzout. Zodra de kuil dicht gaat, gaat het iets ‘zweten’ onder het plastic. Dat kan zorgen voor een vies laagje tussen de snedes. Een laag landbouwzout bovenop de kuil, direct onder het plastic, absorbeert het vocht waardoor het gras goed geconserveerd wordt. Dosering: 1kg/m2 (met een maximum van 1 kg per meter kuilhoogte).

Tip 3: Verdeel elke vracht over de gehele lengte- en breedte van de kuil. Zo wordt de samenstelling van de kuil gelijkmatig en is aanrijden gemakkelijker. Goed aanrijden is noodzakelijk om broei te voorkomen.

Succes met inkuilen! Uw koeien zullen u belonen voor uw inspanningen van nu, wanneer zij een smakelijke, constante en broeivrije kuil te vreten krijgen.

Klik hier voor onze inkuilmiddelen! 

Een persistente melkgift met twee kg maisvlokken in de basis

De namen en afstamming van zijn koeien somt Rutger schijnbaar moeiteloos op. Desgewenst vult hij die informatie aan met de triple A scores. Het typeert deze jonge veehouder; een koeienliefhebber pur sang. Waarom koos hij jaren geleden voor maisvlokken in zijn basis rantsoen? En waarom voert hij ze inmiddels ook aan zijn kalveren?

 

Rutger (34) en zijn vrouw Willeke (30) melken net buiten Hasselt 180 koeien. De gemiddelde productie ligt op 11.121 kg melk met 4.11 vet en 3,54 eiwit. Het is een echt familie bedrijf. Opa Prins begon met 8 koeien in Grafhorst. Dit groeide uit tot een bedrijf met 2 miljoen liter melk. Dat het vee van familie Prins over goede genen beschikt blijkt wel uit het feit dat de gemiddelde veestapel met 84 punten ingeschreven staat. Inmiddels hebben drie van hun koeien elk ruim 150.000 liter melk gegeven.

“In 2012 zijn we een samenwerking met onze buurman gestart. Daardoor zijn we in korte tijd flink gegroeid. Toch is groei geen doel op zich. Ons beleid is er op gericht dat de koe optimaal presteert. We doen het echt met elkaar,” benadrukt Rutger. “Mijn ouders werken mee en ook mijn broers zijn hier regelmatig. Onze kinderen doen af en toe ook al mee aan een kalverkeuring. Prachtig is dat.”

Preventief werken verhoogt productie en leeftijd

De veestapel is overwegend zwartbont met enkele roodbonte dieren. “Dat is mijn inbreng” verklapt Willeke die opgroeide op een bedrijf met MRIJ koeien. Met 95 oudere koeien is de gemiddelde leeftijd van de veestapel hoog. “Dat klopt” zegt Rutger “We verkopen veel vaarzen daar is best veel vraag naar. Bovendien probeer ik vooraf problemen te voorkomen. Alle koeien die ik droogzet gaan bijvoorbeeld ook door de bekap box” licht Rutger toe. “En waar nodig doe ik wat extra. Kitty 256 kalfde laatst zwaar af. Dan ben ik extra alert bijvoorbeeld door een keer extra te drenchen.” “Dat is ook onze drive om boer te zijn; we houden van deze plek en van onze koeien” beaamt ook Willeke.

 

Persistente melkgift met twee kg maisvlokken in de basis

Het bedrijf omvat ongeveer 100 ha (hoofdzakelijk) veengrond. “Mais verbouwen is lastig op dit type grond daarom passen maisvlokken goed in ons rantsoen” stelt Rutger. “Een aantal jaren geleden kozen we voor een relatief eenvoudig basisrantsoen” vult verkoop adviseur Hugo Lentferink aan. “In de winter kuil, maisvlokken en een beetje perspulp en bierborstel.  In de zomer komt daar vers gras en een paar kilo maiskuil bij. De verse koeien krijgen de 1e 100 dagen 2 kg maisvlokken extra en een luxe start voeder. Daarna krijgt elke koe een brok uit onze productie reeks.” “In het verleden hadden we nog wel eens een te snel rantsoen. Daar ben ik van terug gekomen. Voeren is voor mij de pens van de koe rustig houden. En steeds hetzelfde doen. Als je maar lang genoeg hetzelfde doet dan komt de melk vanzelf. De afgelopen vijf jaar voerden we standaard twee kg maisvlokken in de basis. Dat zie ik terug in een zeer persistente melkgift. Zelfs bij de groep boven 300 dagen in lactatie.” zegt Rutger.

 

Veel melk verandert de kijk op inseminatiemoment

“De afgelopen jaren ben ik anders naar het inseminatiemoment gaan kijken. Neem bijvoorbeeld koe Annie 15. Zij gaf in ruim 500 dagen 24.500 kg melk. Dan denk ik; je kunt een koe ook te vroeg insemineren. Genetisch gezien is de melkdrang van koeien toegenomen. Dan heb ik liever dat een koe 30.000 liter melk in twee lijsten geeft dan in drie.  Later insemineren kan natuurlijk alleen als koeien persistent melk geven. Daarom blijven de maisvlokken in de basis.”

 

Harde jeugdgroei met maisvlokken

“Bij de kalveren hebben we ook goede ervaringen met het voeren van maisvlokken. We voeren onbeperkt krachtvoer, in de verhouding 2 kilo brok / 1 kg maisvlokken,  naast het ruwvoer. Daarmee behalen we een groei van wel 1150 gram / dier/ dag. Aan de mest kan ik zien dat het voer goed verteerd is. Bovendien is de afkalfleeftijd van 24 naar 23 maanden gedaald” besluit Rutger.

Meer melk met een gezonde pens!

Koeien voeren is pens(bacteriën) voeren. Dit is een waarheid als een koe. Maar wat is de boodschap achter deze wetenschap? En hoe kun je eenvoudig controleren of het goed gaat?

Alleen met een gezonde pens zal uw koe duurzaam en efficiënt kunnen produceren. De pens van circa 150 liter bevat 100.000 miljard pensmicroben per liter. Dit zijn naast zetmeel afbrekende en celwand afbrekende bacteriën ook protozoen en schimmels. Het rantsoen, het totale voermanagement en de huisvesting zijn van grote invloed op de gezondheid van de pens(flora). Wat vaak opvalt is dat een zieke koe niet herkauwt en soms ligt de pens ook helemaal stil. Met de volgende koesignalen kun je zelf de pensfunctie controleren.

Belangrijke koesignalen

  1. De pensvulling. De “gevaren driehoek” in de hongergroeve, links achter de ribboog wil je liever niet zien. De pens van een koe hoort niet leeg te zijn, maar op ieder moment van de dag goed gevuld. Ook vlak voor het voeren. Een te lege pens geeft aan dat de koe de afgelopen 12-24 uur te weinig voer heeft opgenomen.
  2. De pens moet daarnaast gevuld zijn met een stevige structuurlaag of pensmat. Deze hoort met je vuist halverwege de buik maar moeilijk weg te drukken te zijn en mag niet klotsen. Om een goede pensmat te vormen en te behouden moet de koe voer verspreid opnemen. Het rantsoen moet ook voldoende structuur bevatten.
  3. De herkauwactiviteit. Zie je veel liggende koeien, waar van minimaal tweederde ligt te herkauwen? Dan is dat een goed teken. Koeien horen krachtig en met regelmatige slagen te kauwen. Circa 60-65 keer per herkauwbrok (aantal is rantsoen afhankelijk). En in totaal wel zo’n vier tot zeven uur per dag.
  4. Een gezonde pens beweegt. Dit is te voelen door je vuist in de hongergroeve te drukken. Iedere 25-35 seconden wordt je vuist bij een goed functionerende pens licht naar buiten geduwd door de penscontractie. Deze bewegingen zijn onmisbaar en hebben meerdere belangrijke functies:
  • Geproduceerd zuur richting de penswand (het bloed) afvoeren
  • Bufferend speeksel door de pensmassa mengen
  • Herkauwbolus transporteren
  • Gas afvoeren
  • Verkleinen van de voerdeeltjes ten behoeve van de fermentatie.
  • Pens bacteriën door de structuurlaag verdelen om het contact tussen microben en voer te vergroten.

 

Als de mestzeef daarnaast de ideale verdeling weer geeft tussen de bovenste, middelste en onderste zeef, dan gaat het op pensniveau ook goed. Ook geeft de mestzeef informatie over selectie, structuur en eiwit versus energieaanbod in de pens. Overleg samen met uw voeradviseur welke maatregelen u kunt nemen om de pensfunctie te verbeteren.

 

Actieve koeien door de maisvlokken

In het Brabantse Nistelrode ligt het bedrijf van de familie van der Lee. Ronnie, Monie en hun 4 kinderen wonen op het erf bij de boerderij. Samen runnen ze het bedrijf. Daarnaast is Ronnie nog 3 dagen buiten huis werkzaam als verkoper van sperma van fokstieren. 

Sinds 2012 worden de 85 koeien gemolken door twee Lely a4 melkrobots. Het rollend jaar gemiddelde ligt op 11.065 kg melk met 3,59 eiwit en 4,37 vet.  Er is 36 hectare grond (mais en gras) in gebruik.

 

Goede loop op de robot is voor mij van groot belang

“Ik werk nog 3 dagen buitenshuis. Het is fijn dat het thuis goed draait en dat de koeien zelf naar de melkrobots komen. Het scheelt mij ook dagelijks veel tijd dat ik geen koeien hoef op te halen” stelt Ronnie. “Bram adviseerde mij zeer smakelijke brokken voor in de melkrobot en dat heeft effect.”

Actieve koeien door de maisvlokken

Vanaf het voorjaar worden de koeien geweid. Het rantsoen bestaat dan uit mais, gras, maisvlokken en een maatmeel met daarin mineralen en eiwitaanvulling. Dit wordt gevoerd met een voermengwagen. “Met vlokken voer je veel pensenergie. Daarmee blijven je koeien actief. Ons week gemiddelde zit op 3,3 melkingen per koe per dag en 8,7 weigeringen” somt Ronnie op. “Maisvlokken zet ik in het rantsoen voor een goede penswerking en om het eiwit uit bijv graskuil goed te benutten” vult Bram aan.

 

We laten onze koeien hun eigen bonus verdienen

“Sinds 2 jaar maken we gebruik van een bonustabel in de voertabel van t4c. Deze tabel stellen we in voor de verse koeien tot 100 dagen in lactatie. Dit was een idee van Bram. Het was ook gemakkelijk in het voerprogramma toe te passen” legt Ronnie uit. Tijdens een bijeenkomst van het robotteam van Fuite werd gesproken over het toepassen van een bonustabel. Bram legt deze aanpak nog verder uit: “Koeien met een productie van boven de 50 liter krijgen extra krachtvoer. Zo worden deze koeien beloond en extra uitgedaagd. Dit komt de vruchtbaarheid, productie en klauwgezondheid van deze koeien ten goede. Zo komt het krachtvoer wat je voert op de goede plek”.

Hoe verklein ik de kans op een lebmaagverplaatsing?

De overgang van het droogstands- naar het lactatierantsoen heeft invloed op de voeropname. Tijdens het weideseizoen krijgen koeien te maken met wisselende grassamenstellingen en hogere omgevingstemperaturen. Een minder constante voeropname kan het gevolg zijn. Daardoor doen zich vaak juist in het weideseizoen meer lebmaagdislocaties (verplaatsingen) voor.

Een opstijgende ballon

De lebmaag van de koe is de vierde maag en het meest vergelijkbaar met onze eigen maag. De lebmaag ligt op de buikbodem en kan door gasophoping als een ballon opstijgen langs de buikwand. Mits daar ruimte voor is. Hoe langer de koe met een verplaatste lebmaag staat, des te langer het herstel. De lebmaagdislocatie naar links komt het vaakst voor en kenmerkt zich door:

  • Dalende melkproductie
  • Niet of nauwelijks herkauwen
  • Dunne en slecht verteerde mest
  • Meestal geen koorts

Soms kan de maag als een opbolling in de linker flank achter de ribboog worden waargenomen. Meestal treft het koeien in de periode 1 tot 3 weken na afkalven.

Welke risicofactoren spelen een rol?

Een verplaatsing van de lebmaag heeft altijd een onderliggende oorzaak. Koeien met een vervette lever bijvoorbeeld, lopen meer risico. Het ontstaat ook niet van het ene op het andere moment. Koeien met een verplaatste lebmaag, vreten vier dagen voordat de lebmaag zich verplaatst al bijna de helft minder per dag.

Figuur 1. DMI (DS-opname) daalt voorafgaand aan de lebmaagverplaatsing (LDA). Stippellijn = koeien die een lebmaagverplaatsing krijgen op dag 0. Bron: Van Winden, S.C.L. et al., 2003)

 

Focus op voeropname rond afkalven

Een hoge drogestof opname (rondom afkalven) is van essentieel belang om gezondheidsproblemen zoals een lebmaagverplaatsing, maar ook melkziekte of slepende melkziekte (ketose) en leververvetting te voorkomen.  Enkele tips:

  • Voer een vers en smakelijk droogstandsrantsoen dat voldoet aan de behoeftes van de hoogdrachtige, zich  op de lactatie voorbereidende koe.
  • Optimaliseer juist bij de droogstaande koeien en in de afkalfstal de randvoorwaardes die direct van invloed zijn op de voeropname. Zoals:
    • De drinkwatervoorziening
    • Hittepreventie
    • Ligcomfort
    • Bezetting en bereikbaarheid voerhek
  • Grijp bij de eerste tekenen van verminderde pensvulling of verminderde herkauwactiviteit direct in. Schenk bij voorbaat extra aandacht aan koeien die minder vlot zijn rondom afkalven. Denk aan tweelingdracht-koeien, kreupele koeien, koeien met melkziekte of koeien na een zware geboorte.
  • Wordt een lebmaagdislocatie bij meerdere koeien in de koppel vastgesteld, dan is dat een goede reden om met uw voeradviseur nog eens kritisch te kijken naar het rantsoen en de drogestof opname gedurende de transitieperiode.

 

 

Vliegensvlug van start met vliegenbestrijding

In de zomerperiode zijn in de buurt van dieren ook vliegen te vinden.  Veel  vliegen zijn hinderlijk voor uw geiten en voor uzelf. 

Start tijdig met het bestrijden van vliegen

Vliegen zijn een bron van overdracht van ziekteverwekkers bij uw geiten en uw lammeren. Verstandig dus om ze tijdig te bestrijden.

Figuur 1 toont de levenscyclus van vliegen. Het beste is om op tijd te beginnen met het bestrijden van de maden. Deze maden komen uit de eieren die een vlieg legt. 100 vliegen in april betekent dat er al 500 maden zijn!

Door op tijd te starten met vliegenbestrijding voorkom je:

  • het verspreiden van ziekteverwekkers
  • dat er groei vertraging optreedt
  • dat er stress ontstaat bij uw dieren

Vliegen bestrijdingsmiddelen

Mooie resultaten geitenhouders 2021

Onze geitenhouders leverden in het afgelopen jaar gemiddeld 1163 kg melk.  Met bijna 90 kg vet en eiwit zijn de resultaten van de deelnemende bedrijven aan Fuiteffect nagenoeg gelijk gebleven vergeleken met 2020.

Ten opzichte van vorige jaren zien we een stijging (zie tabel 1) in het vet- en eiwitgehalte . Over 2021 was dit gemiddeld respectievelijk 4,16% en 3,55%.

Tabel. 1. Resultaten 2020 vergeleken met 2021.

 

Hoewel de kilo’s krachtvoer / 100 kg melk daalden is de melkproductie gelijk gebleven. De voerwinst (incl. ruwvoer) over 2021 is gedaald met €33,- naar €540,- per geit. Ondanks de goede melkprijs is de winst onder druk komen te staan door de gestegen voerprijzen.

Het wisselvallige weer maakte het niet eenvoudig om goed ruwvoer te winnen in het afgelopen seizoen. Toch waren de geitenhouders in staat om samen met hun Fuite adviseur te zorgen voor gezonde geiten die maximaal konden presteren.

Adviseurs van Gebrs. Fuite staan altijd klaar om u als geitenhouder te ondersteunen en uit te dagen in het optimaal laten presteren van uw geiten.

Pigger Appetite: zeer smakelijk biggenvoer

Fuite ontwikkelde de Pigger Appetite. Dit is ‘het eerste fruithapje’ voor biggen. 

Waarom kiezen voor de Pigger Appetite?

  • zeer smakelijk
  • licht verteerbaar
  • ondersteunt de spijsvertering
  • ondersteunt vroege voeropname
  • voor een uniforme koppel

×

Hallo!

Neem contact op met een medewerker van de binnendienst via WhatsApp of stuur een mail naar: info@fuite.nl

× Hoe kan ik je helpen?